Een wandeltocht op het dak van de wereld - Reisverslag uit Pokhara, Nepal van Charlotte Kohne - WaarBenJij.nu Een wandeltocht op het dak van de wereld - Reisverslag uit Pokhara, Nepal van Charlotte Kohne - WaarBenJij.nu

Een wandeltocht op het dak van de wereld

Blijf op de hoogte en volg Charlotte

21 Februari 2017 | Nepal, Pokhara


Only six hours to Kathmandu, cheap price! Ze weten het mooi te vertellen, de busverkopers bij de Nepalese grens. Maar uiteindelijk doet onze bus er maar liefst 13 uur over om Kathmandu te bereiken. Wat de rit echt zenuwslopend maakt is echter niet de duur maar de Nepalese Volksmuziek die de hele rit keihard wordt afgespeeld. Nou zijn wij al best lang door Azië gereist en waren we al vaak blootgesteld aan muziek die in onze, aan westerse muziek gewende oortjes, gewoon als de jostiband klinkt. Maar wat ons betreft is de afgrijselijkheid van de Nepalese Volksmuziek ongeëvenaard: onritmisch getrommel, schelle fluiten en vals gejammer die in vergelijking een jankende kat als een nachtegaal doen klinken. Maar gelukkig komt ook aan deze rit een einde en midden in de nacht komen wij dan toch aan in de hoofdstad van Nepal.

Wij blijven een paar dagen in Kathmandu en bereiden ons voor op de Annapurna trek. In een paar van de honderden winkels in reizigersdistrict Thamel kopen wij jassen, winterspullen, snacks (zelfs yak kaas nemen wij mee om onze maaltijden mee op te pimpen), regelen onze permits, en nemen genoeg Nepalese rupees op. Maar we besparen wel op schoenen, we houden onze afgelopen Nikes, want ze lopen nog lekker. Ondertussen geniet vooral Timo volop van het aanbod aan vleesgerechten dat wij in India maar zelden zien. In de buurt van het busstation worden 's avonds overal barbecues aangestoken en vleesjes gegrild, die meestal in combinatie met sterke drank door bijna uitsluitend mannen worden gegeten - ook Timo doet vrolijk mee aan deze traditie. Aan de alcohol is waarschijnlijk te danken dat een oudere man vrolijk aan Charlotte vraagt: "you want to see real Nepali penisdance?". Wij hebben er toch voor gekozen deze bijzondere culturele ervaring even te skippen...

Voor de mensen die het niet weten, de Annapurna trek wordt beschouwd als één van de mooiste treks in de hele wereld. In zo'n 200 kilometer wandel je rondom het massieve Annapurna gebergte, met pieken van meer dan 8 kilometer hoog! Slapen doe je in zogenaamde 'teahouses' waar je ook kunt eten en drinken.

Al in de bus naar het startpunt van de trek ontmoeten we een internationale groep met mensen die via internet hebben afgesproken om samen de trek te gaan doen. 'S avonds hebben we een gezellig groepsdiner. In de loop van de trek splitst de groep zich op in verschillende kleinere formaties en komt toch telkens weer bij elkaar. Op de trek kom je sowieso telkens weer dezelfde mensen tegen, wat het heel gezellig maakt. Wij lopen meestal samen met een Belgische, twee Amerikanen en een Nepalees. Het klikt goed en het is heel leuk om zo samen op te trekken. We lijken elkaar te motiveren want ten opzichte van onze oorspronkelijke planning doen we in de begindagen telkens dubbele etappes. We staan elke ochtend rond 6 uur op, wachten tot onze havermoutpap is bereidt en iedereen zijn spullen heeft gepakt en vertrekken dan. Dan lopen we tot aan het middaguur, meestal in ons t-shirt, want het is heerlijk zonnig weer. Na een lange lunchpauze komen we rond een uur of vier of vijf bij de volgende teahouse aan. De zon verdwijnt dan meestal al achter de bergen en het wordt flink koud. Gelukkig zijn de teahouses veel comfortabeler dan we hadden verwacht, zeker in vergelijking met onze ultra-basic trek in India. De kamers hebben zachte matrassen en hebben iets weg van een Zwitserse Alpen hut. Vaak werken de beloofde warme douches helaas niet, maar de gemeenschappelijke ruimtes hebben meestal een vuurtje om je aan op te warmen. De standaard maaltijd op de trek is 'dal bhat', een soort Nepalese Thali met voornamelijk onbeperkte rijst en linzen - de Nepali zijn er gek op. Overal op de trek komen wij spreuken tegen zoals: "dal bhat power - 24 hour!". En die power hebben wij ook nodig, want wij dragen onze grote rugzakken met daarin een warme slaapzak, en dat is vooral de eerste paar dagen goed aan onze schouders te voelen, auw! Gelukkig went dit na een paar dagen en we voelen ons steeds sterker en fitter worden. Dat is maar goed ook want we gaan hoger en hoger en dat betekent dus steeds minder zuurstof!

De trek begint in groene en vruchtbare tropische gebieden waar overal op een traditionele manier de landbouw wordt bedreven, dus ploegen met koeien en bergjes poep op de daken laten drogen. We lopen door pittoreske dorpjes met ezeltjes, kippen en spelende kinderen. Naarmate we hoger komen wordt het landschap steeds onherbergzamer totdat er uiteindelijk enkel rotsen en zand over blijven. Maar we komen ook dichter bij de besneeuwde bergen en zien en horen soms lawines naar beneden denderen. Er zijn veel Tibetaanse invloeden zichtbaar op deze hoogte, tempels, witte stupa's, prayer flags en overal prayer wheels die wij trouw blijven rondraaien om de goden goedgezind te houden. Na een kleine week lopen besluiten wij onze hoogte acclimatisatie een boost te geven door naar Tilicho Lake te lopen, een meer op zo'n 5 km hoogte. Eindeloos lijkt de klim te zijn, het zandpaadje slingert steil omhoog en door de hoogte voelt het alsof je door dikke stroop loopt. Iets te hard gaan en je bent meteen buiten adem. En dus bewegen wij ons langzaam, maar gestaag, omhoog. Stap, stap, adem, puf, hijg, stap, stap, zoiets ongeveer. Maar het meer is absoluut de moeite waard, het is diepblauw en door ijs en sneeuwbergen omringd.

Na iets meer dan een week lopen bereiken we de Base Camp voor het beklimmen van de Thorong-La pas, een bergpas van 5400 m hoogte. De klim is weer zwaar, maar achteraf is iedereen het erover eens dat Tilicho Lake nog zwaarder was. Alsnog viert iedereen uitbundig het bereiken van de top. Er zijn veel vreugdekreten, omhelsingen en natuurlijk de verplichte foto's voor de prayer flags en het bordje waarop staat dat je het hebt gehaald. Daarna beginnen wij snel weer aan de afdaling om aan de gure wind te ontsnappen. De afdaling is zeer steil en zanderig en we glibberen en glijden met onze bijna profielloze afgeragde Nikes in rap tempo naar beneden. We zijn blij wanneer de steile berghelling achter ons ligt, want onze knieën hebben het flink te verduren.

Die avond blijkt zo'n beetje iedereen die we op de trek zijn tegengekomen in dezelfde Reggae Guesthouse te verblijven, waar een soort Bob Marley Dubstep wordt gedraaid. Er heerst een uitgelaten sfeer, want voor de meeste mensen betekent het oversteken van de Thorong-La pas het einde van de trek. Maar wij gaan met onze groep nog wat verder en krijgen daar geen spijt van. De volgende ochtend bezoeken wij een tempelcomplex waar mensen (voornamelijk Hindu Indiërs) onder 108 straaltjes ijskoud water heen lopen, de ijspegels hangen van de waterspuwers af en rillend in de koude lucht kijken we met bewondering naar de pilgrims die hier halfnaakt doorheen rennen. Het landschap is compleet anders aan deze kant van de bergpas, het is desolaat, groots en ruig en heeft veel weg van het Tibet dat wij in China hebben gezien. Wij besluiten in het overwegend Tibetaanse dorpje Kagbeni te overnachten in een basic huisje met een soort binnenhofje waarin de geiten ' s nachts slapen. Nadat we een voedzame Tibetaanse Thukpa (noedelsoep) met gedroogd yakvlees hebben gegeten besluiten we rond te lopen in het schattige dorpje met traditionele huisjes gemaakt van grote bonken steen. Er is één belangrijke bezienswaardigheid in het dorpje en een oud vrouwtje zonder tanden heeft het tot haar beroep gemaakt om toeristen al grinnikend en wijzend hiervan op de hoogte te brengen. Zij zit naast een houten beeld met een grote stijve penis en elke keer als we hier weer langslopen (het dorpje is nogal klein) schatert ze van het lachen.

Het volgende dorpje, Marpha, is erg schattig met kleine straatjes vol traditionele huisjes. Hier draait alles om de appel, met name applecrumble en appelcider - hemels! Vanaf hier gaat onze groep nog verder opsplitsen, alleen Jerry, de Amerikaan, en wij hebben tijd om nog verder te lopen. Het aanstaande afscheid in combinatie met genoeg appelcider leidt tot heel wat sentimenteel gepraat, lachsalvo's en "cinnamon rollen group hugs" (moet je googelen, is moeilijk te beschrijven). De volgende ochtend nemen wij afscheid en lopen verder. Vanaf nu is het voor Charlotte best bikkelen om de twee mannen bij te houden, ook omdat haar voeten vol zitten met blaren. Toch is ook dit onderdeel van de trek indrukwekkend. Door allemaal kleine Nepalese dorpjes lopen wij langs de hoogste bergen en op sommigen stukken lijkt het landschap nu heel erg op Alaska en sommige staten van de VS, weet Jerry ons te vertellen.

Op de tweede dag bereiken wij de hotsprings in Tatopani. Zittend in het heel warme water zien wij opeens twee mannen binnen enkele seconden opstaan, duizelig worden, en bewusteloos het water invallen, de combinatie van jointjes roken en snel opstaan. Allebei moeten zij gered en uit het water gedragen worden - wie had verwacht dat een bezoek aan de hotsprings zo dramatisch zou kunnen zijn?

Na een paar rustdagen willen wij nog een trek doen, op dringend aanraden van Yudir, de Nepali in onze groep. En gelijk heeft hij: de Mardi Himal trek is geweldig! Binnen drie dagen loop je over een bergrug en komt uiteindelijk naar een punt vanuit waar je op ooghoogte staat met een paar van de annapurna pieken en heel dichtbij de Machapuchre lijkt te zijn. Het is een pittige trek met weer veel klimmen (en heel veel "nepali flats" - dus erg veel steil op en neer, zonder ook echt te stijgen) maar het uitzicht is simpelweg adembenemend.

In Pokhara gunnen wij ons een paar dagen hoognodige rust. Elke ochtend beginnen wij met stomend warme cinnamon-rolls en chocoladebroodjes. Zittend op een bankje naast het meer, in de zon, met zoete thee, eten wij deze lekkernijen op - wat een begin van de dag! Pokhara is erg mooi gelegen, met het meer in het midden en omgeven door de sneeuwbedekte, gigantische bergtoppen en wij doen nog een paar excursies naar de toppen van verschillende heuvels.

Als laatste stop voordat wij terug gaan naar India brengen wij nog een paar dagen door in het laag gelegen en tropische dorpje Soraha. Het bijzondere aan dit dorpje is, dat het grenst aan de Chitwan National Park. Het park is voor buitenlanders weer eens extreem duur, maar het beste aan dit dorpje is dat er een wandelpad langs de rivier loopt, die de national park van het gewone gebied scheidt. Op deze wandeling kun je natuurlijk dezelfde wildlife tegen komen als aan de andere kant van de rivier, en dat was ook zo! Wij lopen er langs en naast de wilde en tropische natuur zien wij allerlei dieren, onder andere krokodillen, kingfishers, en olifanten. Maar ons hart blijft even staan als wij een hoek om gaan en in het water een neushoorn ontdekken. Hij is niet onder de indruk van ons en gaat rustig door met wat die aan het doen is: baden en luchtbelletjes blazen (ook van de achterkant!). Pas als de zon ondergaat heeft hij er genoeg van, stapt langzaam uit het water, laat er nog een enorme drol in plonzen, en loopt dan weg.

Alsof de nabijheid van ongerepte natuur en zeldzame dieren het dorpje nog niet bijzonder genoeg maakte, is het ook nog eens omgeven door velden van fel gele bloemen die zich tot aan de horizon uitstrekken. Soms zijn op de achtergrond zelfs nog sneeuwbedekte pieken te zien. Hier fietsen wij een hele middag doorheen. Eveneens fascinerend zijn de traditionele hutjes waar wij langsrijden. Ze zijn gemaakt van klei, hebben rieten daken en zijn heel primitief. Behalve aan de Nike schoenen van sommigen bewoners en afvalbakken gemaakt van auto wielen is aan niets te zien dat wij ons in de 21e eeuw bevinden.

Onze rit naar de Indiase grens is een avontuur te noemen. Vol goede moed stappen wij in een directe bus naar de grens, die er in een uur of 3 zou moeten zijn. Maar de bus rijdt extreem langzaam en na 4 uur rijden zijn we slechts halverwege, en stoppen we! Er is een roadblock vanwege één of ander protest en verkeer verder is niet mogelijk. Degenen die de roadblock hebben opgezet vertellen ons dat omdat wij toeristen zijn ze ons wel zelf naar de grens kunnen rijden...voor 100 dollar! Ze proberen ons te intimideren en vertellen dat het niet veilig is voor ons. Aangezien we ons niet laten afpersen (en nog maar een klein beetje geld hebben) zit er weinig anders op dan met al onze bepakking te gaan lopen richting de grens, nog maar 80 kilometer...
Onderweg proberen wij meerdere malen tevergeefs te onderhandelen met rickshaw chauffeurs, maar iedereen lijkt de situatie slechts als een uitgelezen mogelijkheid te zien om ons compleet af te persen. En dus lopen we kilometers lang tot we eindelijk iemand vinden die ons in een stadje verderop kan afzetten. In het stadje is het echter hetzelfde verhaal, wij geven aan hoeveel geld we nog hebben, en de chauffeurs vragen ons 10 keer zoveel en proberen ons wederom te intimideren, maar ja van een kale kip kun je niet plukken. En dus wachten we, en wachten we, en wachten we...totdat uiteindelijk dan toch iemand bereidt is om ons geld te accepteren. We zitten met maar liefst 22 mensen in een 9-persoons jeep maar komen 's avonds laat gelukkig dan toch eindelijk aan bij de Indiase grens. Nog nooit gedurende onze hele reis hebben we ons zo extreem als een wandelende ATM gevoeld!

Maar makkelijk zou onze rentree in India geenszins worden...daarover meer in de volgende blog!

Groetjes,

Timo & Charlotte

  • 21 Februari 2017 - 20:51

    Karin:

    Hellöle ihr Zwei,
    also Nepal war ja atemberaubend und sehr lustig und auch lecker.
    Schöner blog und so geschrieben, dass ich oft sehr schmunzeln musste.
    So wollen wir es immer haben.....
    Ihr beschreibt immer so, dass sich alles gut vorstellen kann.
    Ich schaue mir jetzt mal die Fotos dazu an.
    Adios
    Karin










































  • 21 Februari 2017 - 21:48

    Els:

    Ha Timo en Charlotte, jullie nemen mij in jullie verhaal weer helemaal mee op jullie fantastische reis. De bergen, de paden, de vergezichten, de dorpjes, de bewoners, medereizigers, verschillende dieren, het zalige en soms ook smerige eten, jullie ontberingen maar ook het genieten en ontspannen...... ik kan het bij het lezen van jullie verhaal bijna voelen, proeven en ruiken. Mooi om dit hoofdstuk van jullie reis weer aangevuld te krijgen met dit leuke en mooie verslag. :-) Hier is het aftellen al stiekem begonnen maar jullie gaan nog lekker door met jullie enorme indrukwekkende tocht. Veel plezier nog daarmee en op naar het volgende blog! Lieve groetjes Els

  • 22 Februari 2017 - 07:02

    Rudy:

    Ha Timo en Charlotte,

    jullie rollen bijna letterlijk van het ene avontuur in het andere...En wat een conditie moet je voor dit deel van de reis wel niet hebben..Over de schoenen hebben we het al gehad..Living on the edge is een keuze..Ik zag dat jullie reisverhalen al bijna 7000 keer zijn gelezen! Samen met de inmiddels -denk ik- paar duizend foto's zijn jullie wellicht het leven hier aardig ontwend. Maar zover is het nog niet! Nog 1 blog over India denk ik zo en dan de oversteek naar een ander continent voor de laatste 3 maanden. Heel veel plezier nog!

    Liefs, Rudy

  • 22 Februari 2017 - 19:45

    Huib:

    Weer een geweldig verslag, echt een genot om te lezen. op naar de volgende blog.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Charlotte

Volg ons op onze reis door Australie en Azie!

Actief sinds 17 Maart 2015
Verslag gelezen: 547
Totaal aantal bezoekers 111337

Voorgaande reizen:

26 Augustus 2015 - 01 April 2017

De grote reis

04 Februari 2015 - 01 September 2015

Australië

26 Januari 2015 - 04 Februari 2015

Twee weken in Thailand

Landen bezocht: